Slaap en wintertijd
Velen genieten van dat extra uur slaap als de klok een uur wordt teruggezet. Maar voor ouders met jonge kinderen betekent het vaak dat slapen weer even een uitdaging wordt. Je kind heeft namelijk zijn eigen bioritme dat door de overschakeling naar wintertijd ontregeld wordt. Bij jonge kinderen is de overgang naar wintertijd vaak lastig omdat ze meestal ochtendmensen zijn en dus extra vroeg wakker worden als de klok een uur wordt teruggezet. Voor de zomertijd geldt dan het omgekeerde: de vroege vogels worden een uurtje later wakker. In die eerste week na het ingaan van de wintertijd kun je dus wat lastige ochtenden ervaren waarop het ritme even zoek is. Als kinderslaapcoach heb ik de volgende tips.
Tips voor het wennen aan de wintertijd
- Zorg ervoor dat je kind voldoende slaapjes pakt overdag voordat de wintertijd ingaat. Houd de slaap- en wakkertijd voor je kind extra strak aan, zodat hij niet oververmoeid raakt.
- Bereid je erop voor dat het moment dat je kleine naar bed gaat later voelt, het is natuurlijk ook later. Vergeet niet dat we een vol uur teruggaan in de tijd, dus wat 19.00 uur was, is nu 18.00 uur maar zal voor je kind nog voelen als 19.00 uur. Let goed op slaapsignalen, want hij zal waarschijnlijk eerder moe zijn.
- Zonlicht en de ochtendroutine zijn extra belangrijk. Je kind moet weten wanneer het tijd is om op te staan. Neem je kindje als het kan ’s ochtends zo vroeg mogelijk mee naar buiten, of gooi gordijnen en blinds open en laat het natuurlijke licht binnenkomen, het liefst door een open raam. Dit zal de interne klok van je kind helpen zich aan te passen aan de tijdsverandering. Probeer de eerste week minimaal dertig minuten (zon)licht te pakken in de vroege ochtend. Dat helpt het bioritme om zich aan te passen aan de nieuwe tijd.
- Houd de volgende stelregel aan: tot 6.00 uur ’s ochtends is het nacht. De meeste kinderen worden ergens tussen 6.00 en 7.30 uur wakker. Maar door de tijdsverandering kan het zo zijn dat je kind eerder wakker wordt dan normaal. Laat hem in zijn bed liggen of blijf desnoods samen in een donkere kamer liggen totdat het echt tijd is om op te staan, hoe lastig dat ook kan zijn. Gooi in de ochtend de gordijnen open en doe het licht aan om aan te geven dat de dag is gestart. Het kan zijn dat je dit een paar ochtenden moet volhouden, maar als je consistent blijft, zul je zien dat je kind zich snel aanpast aan de nieuwe tijden. Een kind voor zessen uit bed halen betekent in de regel dat het steeds vroeger wakker zal worden.
- Gebruik een slaaptrainer bij peuters of kleuters. Bij oudere kinderen gaat de overgang vaak vanzelf. Mochten ze toch eerder wakker worden en langer in bed moeten blijven liggen, dan kun je door een slaaptrainer te gebruiken frustratie of onbegrip voorkomen. Vanaf twee jaar snappen kinderen goed hoe dit lampje met kleuren of plaatjes aangeeft of het dag of nacht is.
Met deze tips in het achterhoofd kun je beslissen hoe je de overgang naar de wintertijd precies gaat aanpakken. Er zijn twee methoden die ik als kinderslaapcoach adviseer om het tijdsverschil aan te vliegen:
- Methode 1: direct aanpassen Hierbij doe je alsof er niets veranderd is. Je zet de klok een uur terug wanneer je kleintje in bed ligt op zaterdag, en de volgende dag volg je de klok zoals je elke zondag doet. Zorg ervoor dat je je normale eet- en slaapschema aanhoudt overdag, en let op slaapsignalen. Als je kindje op zijn normale tijd wakker wordt, laten we zeggen 7.00 uur, zal hij nu om 6.00 uur wakker worden. Voor ouders van vroege vogels kan deze tijdsverandering dus wel even pittig zijn, maar doordat het langer donker blijft, slapen kindjes ook vaak wat langer in de ochtend. Reken erop dat je kindje ’s avonds wat eerder moe kan zijn. Het kan dan wel averechts werken om ’m onnodig op te houden tot zijn vaste bedtijd, die nu nog voelt alsof het een uur later is. We willen immers niet dat hij over z’n vermoeidheid heen gaat en daardoor meer moeite heeft met in slaap vallen bij bedtijd.
- Methode 2: geleidelijk aanpassen In de praktijk zie ik dat de omschakeling naar wintertijd vrij pittig kan zijn. Het kan helpen om de overgang geleidelijk aan te pakken, zodat je niet ineens die klap van één uur hebt. Dat kun je doen door twee, drie dagen voordat de wintertijd ingaat het eet- en slaapschema iets naar achteren te laten verschuiven met stapjes van ongeveer vijftien minuten. Vervolgens doe je hetzelfde op vrijdag en zaterdag, waarna de overgang naar de echte wintertijd op zondag nog maar een kwartier is. Je kunt ook beginnen met verschuiven op de zondag dat de wintertijd al in is gegaan. Dus als de bedtijd van je kind 19.00 uur (zomertijd) is leg je hem op zondagavond om 18.00 uur in bed (oude tijd 19.00) en verschuif je de bedtijd (en ook het tijdstip van opstaan) elke avond vijftien minuten vooruit totdat je kindje gewend is aan de nieuwe tijd. Als je voor deze route kiest, probeer dan ook het eet- en slaapschema van je kleintje telkens met een kwartier mee te laten schuiven.