Definitie van doorslapen baby
Met doorslapen van een baby bedoelen we als kinderslaapcoach het reguleren van slaap en de wakkermomenten in de nacht, wat betekent dat je baby het vermogen heeft om de wakkere momenten in de nacht zelf door te komen, zonder hulp van ouders en zonder langdurig gehuil en passend bij de leeftijd. Al heeft iedereen uiteindelijk een andere invulling of mening. Ik zag doorslapen altijd als slapen van bedtijd tot de volgende ochtend – zeg van 19.00 tot alles na 6.00, met een laatste voeding rond 22.00-22.30 uur. Voor anderen betekent doorslapen misschien dat hun baby nog 1-2 voedingen heeft ’s nachts, maar wel direct weer in slaap valt.
Er zijn ook ouders die zeggen dat hun baby doorslaapt, maar als je als kinderslaapcoach en baby slaapcoach dan door vraagt blijkt dat ze toch gemiddeld vier keer per nacht opstaan om de speen erin te stoppen. Ook heb ik gezinnen gecoacht waarvan baby’s van 5-6 maanden van 23.00 tot 07.00 sliepen en dat beschouwden als een doorgeslapen nacht. Die acht uur aaneengesloten slapen is ook normaal voor een baby van die leeftijd en fantastisch, alleen is de nacht te kort en slaapt de baby niet voldoende uren.
Doorslapen betekent voor baby’s tot 4 of 5 maanden het vermogen om vijf uur achter elkaar te slapen. Medisch gezien betekent doorslapen in die leeftijd dus 5 tot 6 uur slaap achter elkaar. De meeste baby’s kunnen bijvoorbeeld na een late avondvoeding om 23 uur tot de nachtvoeding van 4 uur doorslapen. Rond de 6 maanden slapen de meeste baby’s acht uur per nacht aaneengesloten. Lichamelijk gezien zijn nachtvoedingen nu meestal niet meer nodig, een late avondvoeding zie ik rond deze leeftijd nog wel regelmatig.
Wakker worden is normaal
Dat je baby meerdere malen wakker wordt per nacht is gebruikelijk en zo door de natuur bepaald. Baby’s verkeren meer in een lichte slaap waardoor ze alarm kunnen slaan in het geval van ondervoeding, oververhitting of verstikking. Baby’s hebben in de eerste twee jaar een kortere slaapcyclus. Een slaapcyclus duurt 45 minuten. Ze slapen ook lichter dan volwassenen en verkeren in verhouding langer in de wat onrustigere droomslaap (remslaap). Dit is heel natuurlijk, maar het zorgt ervoor dat baby’s fysiek gezien niet zo makkelijk uren achter elkaar kunnen slapen of lang in een diepe slaap verkeren.
Baby’s zullen dus vaker even kort bewust of onbewust wakker zijn. De vaardigheid om dat moment zelf door te pakken moet een baby nog aanleren. Het is dus heel goed mogelijk dat je je baby weleens hoort ’s nachts, maar dat hij die wakkere momenten of de overgang naar de volgende slaapcyclus zelfstandig oppakt. Als hij dat kan, betekent het dat hij doorslaapt.
Wat zorgt ervoor dat baby’s gaan doorslapen? 4 factoren
Iedere baby is anders en ontwikkelt zich geheel op eigen wijze en tijd en daarbij speelt gezondheid en mogelijke medisch onderliggende factoren zoals koemelkallergie en (verborgen) reflux ook een rol. De volgende factoren zijn ook van invloed op het wel of niet doorslapen van je baby:
-
Doorslapen baby door verminderde schrikreflex.
Deze reflex (ook wel Moro-reflex genoemd) zorgt ervoor dat je baby’s armen en benen bewegen door bepaalde triggers, zoals een hard geluid, een temperatuurverandering of een plotselinge beweging. Baby’s maaien zichzelf dan vaak wakker en moeten dan helemaal opnieuw weer in slaap vallen. Gelukkig wordt de Moro-reflex naarmate je baby ouder wordt steeds minder en is met vier maanden verdwenen. Heeft je baby erg veel last van deze schrikreflex kan inbakeren zeker helpen.
-
Doorslapen baby door grotere voedingen en gewichtstoename.
Als baby’s groeien, groeit vaak de maaginhoud en kan een baby langzaamaan grotere hoeveelheden voeding in een keer drinken. Dat zorgt ervoor dat een baby vanaf een bepaalde leeftijd in staat is bijvoorbeeld met vijf à zes voedingen tussen 07.00 en 22.00 uur voldoende te drinken om de nacht door te slapen. Er wordt ook wel gezegd dat het bereiken van het magische gewicht van 5 kilo betekent dat een baby acht tot negen uur zonder voeding kan.
-
Doorslapen baby door afname van meerdere nachtvoedingen.
Dat is een natuurlijk gevolg van punt 2. Als je baby alsnog meer voedingen drinkt dan dat hij wellicht nodig heeft kan het een gewenning voor hem zijn. Als je baby in de ochtend niet zo gretig is of weinig drinkt kan dit een bevestiging zijn dat de enige of een van de nachtvoedingen waarschijnlijk afgebouwd kan worden. Dat kan je doen door per nacht 30 ml minder melk te geven of een aantal minuten per nacht korter te voeden. Dan shift je eigenlijk heel geleidelijk de nachtvoeding of een van de nachtvoedingen richting de dag.
-
Doorslapen baby door vermogen om zichzelf te kalmeren.
Vanaf vier maanden ontwikkelt je baby het vermogen zichzelf te kalmeren door bijvoorbeeld op zijn vingers of handen te zuigen, zich op zijn zij of buik te laten rollen, met handjes of knuffeltje over het gezichtje te aaien of aan het mastrasje of zijkanten van een cosleeper te krabbelen, vaardigheden en eigen slaapassociaties die hem kunnen helpen om zelf verder te slapen als hij ’s nachts wakker wordt.